Familie kroniek Kanhye 713 L
KRONIEK p 1
Onze peradja moet omstreeks 1863 geboren zijn. Zijn naam was Maharaaj Kanhye, bijgenaamd “Chonga”.
Op 18 december 1883 kwam hij met het zeilschip 'British Stateman II' aan in Suriname. Hij ging aan land bij het
“Koeliedepot” ofwel "koeliedippoe" zoals men de aanmeerplaats noemde voor schepen met
contractarbeiders aan de Suriname rivier.
Evenals vele anderen had Peradja geen paspoort, geen familieboekje niets waaruit zijn identiteit bleek. Hier moest een
nieuwe identiteitskaart worden gemaakt. Men moest de ambtenaar in de kolonie vertellen hoe men heette en hoe oud men ongeveer
was. Peradja liet de naam Kanhye noteren met een y, welke later door andere ambtenaren slordig werd verbasterd
tot ij al dan niet met puntjes, hetgeen voor enige verwarring zorgt. Men kreeg ook een nummer; dat van peradja was 713L.
Al deze gegevens zijn helaas voor zowel peradji als peradja vernietigd. Op het terrein van "koeliedippoe" stonden
2 lange houten barakken waar de mensen in eerste instantie werden gehuisvest. Men was nog behoorlijk ongeletterd in die
tijd dus vandaar dat er geen controle op de latere schrijfwijze van de naam was bij de aangifte van de kinderen.
Baba en Mai, herdenkingsstandbeeld Hindostaanse migratie
Enkele jaren geleden heeft de regering van Suriname een gedenkteken geplaatst op de plek waar vroeger deze aanlegsteiger
was. Het is een pleintje waar twee standbeelden staan: van Baba en Mai.
De mensen moesten 2 weken in de barakken wonen
voordat ze werden ingedeeld. Heel wat van de mensen vooral vrouwen, waren verzwakt en ziek van de lange reis. Hierna werd
peradja geplaatst op plantage Mariënburg aan de Commewijne rivier. Mariënburg was een suikerplantage die toebehoorde
aan de WestIndische Compagnie. Op de plantage was het hard werken. Ook hier waren barakachtige gebouwen neergezet. Een
gezinshuisje bestond uit 2 kamers en een halfopen voorportaal, "gadrie" genaamd. Aan de achterkant was een klein
uitbouwtje, dat de keuken moest voorstellen. Er was geen stromend water en geen elektriciteit. Bij elk keukentje stonden 2
vaten voor water. Achter op het erf stond de w.c. en een washokje. Heel erg primitief hoor.
Peradji en peradja hebben hier ook gewerkt en zijn er hoogst waarschijnlijk ook getrouwd op 'Bamboe Trou'.
Wettelijk zijn ze in op 29-11-1904 getrouwd in Beneden Saramacca. De eerste drie kinderen zijn geboren in Commewijne volgens de
documenten die gevonden zijn.
Na de beëindiging van de contracttijd mochten ze kiezen: terugkeren naar India of zich vestigen in Suriname.
Peradji en peradja kozen voor een verblijf in Suriname en kregen een stukje land, 100 gulden en een koe. Het stukje land was
een oude plantage 'La Provenancy' dat in drie delen werd verdeeld. Deze plantage was alleen per boot te bereiken.
Tegenwoordig via de Lareko weg. De rest van de kinderen is ook hier geboren, met uitzondering van Toelsie die in Paramaribo is
geboren. Men was hoogst waarschijnlijk op weg naar 'La Provenancy' met de boot.
Men heeft een hele hoge welvaart gekend vanwege het verbouwen van koffie. Gezien de kleding die men droeg op de foto is deze
hoogst waarschijnlijk na 1927 gemaakt. Deze zal ik later plaatsen.
Peradja heeft een twee-etagewoning gebouwd waar de familie heeft gewoond. Hij gebruikte daarvoor hout dat hij in de rivier had
aangetroffen. Het was op neuten, je kon er onderdoor kruipen. Deze woning zou hebben gestaan aan de Julianastraat 33. Mijn vader
is daar in 1934 geboren en heeft er vaak als kleine jongen gespeeld.
Helaas is juist deze persoon èèn van degenen waar we helemaal geen enkele foto van hebben. Heeft u wel een foto en
wilt u deze beschikbaar stellen, dan zouden we u zeer dankbaar zijn!